fbpx
Menu
Mama zijn / Speen

Mijn peuter en zijn speen (die binnenkort ECHT uit elkaar gaan)

Mijn peuter en zijn speen hebben een speciale band. Hij laat volgens mij nog liever een arm afhakken, dan dat hij voor altijd afscheid van hem moet nemen. Toch moeten we er binnenkort aan geloven en ik krijg er nu al buikpijn van.

Picture perfect, not really…

Voordat ik echt moeder werd, had ik een bepaald beeld voor ogen. Ik hoor het mezelf nog denken tijdens de zwangerschap: ‘Mijn kind hoeft geen speentje hoor straks! Dat is toch niet nodig?’  Totdat mijn baby het uren per dag uitgilde van de pijn, omdat hij verborgen reflux bleek te hebben. Daarnaast sliep hij ook nog slecht, oftewel 7 tot 8 uur per 24 uur, waardoor ik al snel van gedachten veranderde.

Held van de dag

Zijn speen was de redder in nood en een enorme troost voor mijn lieve Otis. Ontelbare keren heeft hij de hele buurt bij elkaar gegild (overdag maar ook ’s nachts ja, waarvoor duizendmaal excuses), maar zijn tuttie bleek echt de grootste troost te zijn op de momenten dat hij het nodig had. Dichtbij mama en zijn tuttie, dan was het goed. Soms voelt het als een zwak excuus, maar ik deed alles om mijn baby die zoveel pijn had gerust te stellen.

Kleine baby’s worden grote jongens

Inmiddels zijn we ruim drie jaar verder en is het kleine monster geen baby meer, maar een grote jongen. In de tussentijd is er veel veranderd. Otis kletst de oren van mijn kop, zegt soms netjes wanneer hij moet plassen en eet sporadisch iets groens. Wat nog wel hetzelfde is: Tuttie; zijn grote vriend. Ik schrijf Tuttie met een hoofdletter, omdat de speen voor hem geen voorwerp meer is. Het is bijna een mens, een echte vriend, voor wie hij zonder erover na te denken door het vuur gaat.

Mijn peuter en zijn speen

Mijn peuter zit op logopedie, dus ik heb een goede stok achter de deur om van The Tuttie af te komen. Het ging overdag super goed en hij had hem eigenlijk nog alleen in de nachten. Toch is het er stiekem weer een beetje ingeslopen dat hij zijn speentje overdag soms ook krijgt. Vooral als hij hysterisch overstuur is en ik het geduld niet meer kan opbrengen om hem zelf te kalmeren. Nog erger dus, want dat is eigenlijk mijn eigen probleem en daar heeft hij niets mee te maken.

Soms gebruik ik zijn geliefde Tuttie om Otis binnen drie seconden van hysterisch overstuur, naar zen voor zich uit starend te krijgen. Binnen een paar minuten weet ik het ding, soort van onopvallend, weer te ontfutselen. Tuttie krijgt van Otis vaak een onthaal, waar menig tranentrekker een puntje aan kan zuigen. ‘Tuuuuttttiiiiieeeeee!!!’ en het verslavende bonk plastic wordt nog net niet dood geknuffeld.

Weg met de speen

Ik weet het maar al te goed. Ik zou moeten doorzetten, bla bla bla. Tuttie moet uit zijn systeem en weg uit ons huis. Alleen krijg ik rode vlekken in mijn nek van het idee eraan. Diverse tactieken schieten door mijn hoofd.

Anti-speen tactieken

Ik hoor goede verhalen over betalen met spenen bij de speelgoedwinkel. Dan mag meneer zelf iets uitkiezen en kan hij zelf betalen met een speen. Mijn kind is alleen niet gek en laat volgens mij nog liever zijn linkerarm afhakken dan dat hij gaat betalen met zijn geliefde Tuttie.

Uiteraard heb ik ook boekjes over speentjes. Alleen heeft hij het dan vol trots over die ene grote jongen die nog wél met zijn Tuttie loopt. Alle baby’s met spenen en andere speenloze karakters worden compleet genegeerd. Overduidelijk gaat hij voor de underdog, de slimmerik!

Als ik voorstel dat de nieuwe baby van vrienden echt een Tuttie nodig heeft, dan is zijn antwoord dat ze die maar zelf in de winkel moeten gaan kopen. Als ik opper om zijn exemplaar op te sturen naar arme kindjes die geen tutties hebben trekt hij spontaan wit weg en zet het vervolgens op een brullen alsof hij door alles en iedereen achtergelaten wordt.

Cold turkey

Cold turkey is natuurlijk keihard, maar zal dat dan de enige manier zijn? Ik heb het ‘geluk’ (het ligt eraan hoe je het bekijkt) dat mijn kind erg volhardend is. Een eigenschap om trots op te zijn, maar in deze ‘weg-met-de-speen-fase’ maakt dat het niet gemakkelijker. Waar ik velen hoor over drie dagen flink doorbijten, zal het bij mijn koppige exemplaar eerder drie weken zijn. Van het idee alleen al word ik bloednerveus.

Ik moet mezelf vermannen en een schop onder de kont geven. Dit is niet onmogelijk en het moet gewoon gebeuren! Dan herinner ik me opeens dat ik zelf ook lang een speen had. Dat was toen ook een drama om er vanaf te komen, zegt mijn moeder. Van wie zou mijn Otis het toch hebben?